Het verhaal van Mila - Deel 5
Het ongeluk
Met een heleboel haast fiets ik door de stad. Gelukkig moet ik als eerste werken, dus hoef ik me aan niemand te verantwoorden als ik vijf minuten later ben. Ik had vandaag echt op tijd willen komen, maar juist dan zit alles tegen.
Mijn moeder doet nog steeds niet normaal tegen me, waardoor ik gewoon geen zin heb om samen met haar in één huis te moeten zijn. Op school heb ik twee toetsen waarschijnlijk keihard verpest en toen miste ik ook mijn trein nog. Waarschijnlijk is deze dag gedoemd tot mislukken.
Precies om vijf over drie doe ik de deur van het theater achter me dicht. Ik loop naar het personeelskantoortje en kijk of er nog mededelingen op het bord hangen. Het gele memoblaadje trekt mijn aandacht. Had vanmorgen een kinderfeestje in de kleine zaal, heb alleen nog geen tijd gehad om het op te ruimen. Zou jij dat misschien willen doen? Sorry! Werkse. Liefs Tamara.
Alsof ik een keus heb, vanavond moet de kleine zaal weer open voor een soort bedrijfsfeestje. Ik loop naar de kleine zaal om de schade op te nemen. Onderweg naar de kleine zaal loop ik langs de grote zaal waarin Suze en haar groep aan het repeteren zijn. Dan bedenk ik me dat het misschien wel aardig is om haar even te groeten, zodat ze weet dat ik er ben, dus glip ik de grote zaal in en loop een stukje naar voren.
Ik scan de mensen op het podium en zie weer die ene jongen die me zo bekend voorkomt. Na een tijdje diep nagedacht te hebben, herinner ik me ineens waar ik deze jongen van ken. Voor ik weg kan duiken, kijkt hij me aan. In zijn ogen zie ik enige blijk van herkenning. Snel draai ik mijn hoofd weg en zoek met mijn ogen naar Suze.
Aan de andere kant van het podium staat een wild zwaaiende Suze, ik zwaai terug en ze loopt naar de rand van het podium. Tenminste dat is wat ze waarschijnlijk van plan was. Zonder op de grond te kijken, waardoor ze over een snoer struikelt en nogal vreemd terecht komt.
Het blijft even stil en dan schreeuwt ze het uit van de pijn. Haar vader rent als een gek op haar af en vraagt hoe het gaat. Ze probeert zich sterk te houden, maar toch verschijnen er tranen op haar wangen. Haar been ligt er nogal vreemd bij en ik kan me voorstellen dat ze enorm veel pijn heeft.
Er roept iemand dat er een ambulance gebeld moet worden, dus geheel op de automatische piloot doe ik dat. Je kunt je niet voorstellen hoe schuldig ik me op dit moment voel. Als ik gewoon had afgewacht wanneer zij mij had opgezocht, was dit allemaal niet gebeurd.